Afgelopen weekend stond ik langs de lijn bij een voetbaltoernooi van mijn zoon. Hij zit in de F1 van de amateurclub in onze woonplaats Lelystad en zijn team was dit seizoen, zowel voor de winterstop als nu in de voorjaarscompetitie, kampioen geworden in hun klasse. Dit toernooi ging om het kampioenschap van Flevoland. Toen we aankwamen stonden er twee joekels van blinkende bekers te wachten op een winnaar. Eén voor de winnende F-jes en één voor de winnende E-tjes. Bij het zien van de blinkende bekers begonnen de ogen van de jongens minstens zo te blinken en het doel voor de dag was gelijk helder. Die beker moest en zou mee naar huis!
De eerste wedstrijd begon en er trad een scheidsrechter het veld op, die ik hier niet nader zal omschrijven. Het enige wat ik daarover wil zeggen is dat je van grote afstand kon zien dat het niet de juiste man (lees vrouw in dit geval) op de juiste plek was. Er zat letterlijk geen beweging in. Afijn, de wedstrijd begon en na de eerste paar ongelukkige beslissingen van haar kant, voelde ik (en niet alleen ik) de frustratie opkomen. Ik die normaal gesproken tijdens de wedstrijd vraagt, ‘tegen wie spelen we eigenlijk’? En voor ik het wist bemoeide ik me met het spel, terwijl ik anderen hoorde zeggen ‘Joh, het is maar een F-jes toernooi hoor’.
Het toernooi zette zich voort en ook in de organisatie van het geheel schortte het op verschillende plekken aan duidelijkheid, juistheid en transparantie. Gevolg; gefrustreerde verdrietige kinderen die niet wisten waar ze aan toe waren en die een aantal keer benadeeld waren door verkeerde beslissingen.
Uiteindelijk kwam het allemaal goed en stonden onze jongens op het podium met die blinkende, welverdiende, beker.
En ja, het was maar een F-jes toernooi. Maar de passie die deze jonge jongens van nature in zich hebben en die wil om te winnen, dat maakt je, sorry, dat maakt mij vanzelf fanatiek. Heel bijzonder om te zien. En als die passie en sportiviteit dan wordt gedwarsboomd door iemand die eigenlijk op dat moment liever niet had gestaan waar ze stond, dan zeg ik, was daar dan ook niet gaan staan. Doe het met passie of doe het niet.
Ik ben ook geen Formule 1 fan, maar als ik Max Verstappen dan vorige week al in de eerste rondes vooraan zie liggen, dan zit ik toch echt 66 rondes aan de buis gekluisterd en heb ik de tranen in m’n ogen als hij over de finish komt. Want damn, wat heeft hij daarvoor moeten werken! Wat heeft hij allemaal moeten laten. Die visie die hij als kind ooit had en die hij nooit uit het oog verloren is. Dan krijg je toch torenhoge kippenvel als dat op zo’n dag ineens allemaal samenvalt?!
En die passie die je in de sport nodig hebt om te presteren, om ergens te komen, jaren van investeren, focus om jezelf continue on track te houden, daar kunnen we in het bedrijfsleven nog zoveel van leren. Want doe jij elke dag datgene waar je een stapje harder van gaat lopen? Of denk je ‘Joh maak je niet druk, het is maar werk’? Ga je (bij tijd en wijlen) ‘s avonds nog even door, omdat je zo lekker bezig was en omdat je weet waarvoor je het doet? Of denk je ‘Morgen weer een dag’? Leef jij je passie?